Onafhankelijk onderzoek laat verschil tussen voederbietenrassen zien

WUR heeft de afgelopen vijf jaar verschillende voederbietenrassen onderzocht, waaronder de rassen van DLF. De resultaten bekijk je in het Rassenbulletin Voederbieten 2022.

Het areaal voederbieten is de laatste jaren snel gegroeid: van 420 ha in 2015 naar 2680 ha in 2021. Deze oppervlakte lag in 2021 verspreid over 927 bedrijven. Het kiezen van het juiste ras is een belangrijk onderdeel van de teelt. Wageningen University & Research heeft de afgelopen vijf jaar voederbietenrassen getest op zandgrond en op kleigrond. De resultaten staan in het Rassenbulletin Voederbieten 2022.

De rassen zijn ingezonden door verschillende kweekbedrijven, waaronder DLF. Het bulletin is dan ook de enige publicatie in Nederland waarin rassen van verschillende kweekprogramma’s met elkaar vergeleken worden. Zowel de moderne voederbietenrassen, met hoge drogestofgehalten, als de meer traditionele rassen met een gemiddeld drogestofgehalte staan in het bulletin. Er zijn grote opbrengstverschillen uiteenlopend van 22 tot 30 ton drogestof per ha op kleigrond en 17 tot 26 ton op zandgrond. Daarnaast zijn er voor de praktijk zeer belangrijke verschillen tussen de rassen in het al dan niet tolerant zijn voor rhizoctonia en rhizomanie.

Wil je onze voederbietenrassen vergelijken met andere rassen? Bekijk dan het Rassenbulletin Voederbieten 2022.