Waarom is graslandverbetering belangrijk?
Wanneer je niets doet aan graslandverbetering zal door de jaren heen de samenstelling van het grassenbestand veranderen. Zo zal het aandeel onkruiden en slechte grassen toenemen. Dit zorgt ervoor dat de grasopbrengst en de voederkwaliteit achteruit gaan. Een hoogwaardige ruwvoerproductie van eigen land staat aan de basis van een rendabele melkproductie. Eén van de manieren om de kwaliteit van je grasland te verbeteren is door je grasland jaarlijks door te zaaien met het beste graszaad van de Nederlandse rassenlijst. Zo verhoog je het aandeel kwaliteitsgrassen in je grasland. Hierdoor blijft de grasopbrengst op peil en voer je je koeien gras met de hoogste voederwaarde, wat bijdraagt aan een hogere melkproductie. Voor dat je hiermee of met andere manieren van graslandverbetering aan de slag gaat, is het belangrijk om eerst vast te stellen wat de conditie van je grasland op dit moment is.
Stappenplan voor het bepalen van de kwaliteit van je grasland
Als het grasland groen is, wil dat niet zeggen dat het ook in optimale conditie is. Ga in het voorjaar en najaar het veld in om de kwaliteit van je grasland te beoordelen.
- Begin met het zoeken naar open plekken. Zijn er op perceelsniveau meer dan 10% open plekken? Dat kun je zo bepalen: Eén hand in een vlak van 40 bij 40 cm, staat voor 15% openheid van de zode.
- Is er sprake van (vraat)schade in het perceel door ongewenste dieren, zoals mollen, muizen of ganzen?
- Bestaat het grasland alleen uit grassen en niet uit klavers of kruiden? Dan is onkruiddruk iets om mee te nemen in je bepaling. Er is sprake van teveel onkruid wanneer de bestrijding pleksgewijs niet meer mogelijk is, maar volvelds moet gebeuren. Onkruid heeft een lagere voederwaarde dan de gewenste grassen zoals Engels raaigras. Hoe hoog is de onkruiddruk?
- Bepaal het aandeel kweek op het perceel. Hoe kun je deze grassoort herkennen? Het jongste blad is gerold; de oortjes zijn lang, smal en stengelomsluitend; het tongetje is zeer kort; de kleur van kweek is bleekgroen met een zeer fijn getande rand; het voelt ruw aan; het geurt sterk bij bladbeschadiging; en tot slot: kweek bevat ondergrondse uitlopers. Staat er meer of minder dan 20% kweek in het grasland?
- Bepaal het aandeel ruwbeemd en straatgras. Ruwbeemd groeit graag op nattere percelen. Ruwbeemd is te herkennen aan het ongeribde blad; het korte en puntige tongetje; de slappe spruit; en de sterk glanzende achterzijde. Verder lijkt ruwbeemd op Engels raaigras, maar heeft het geen rood/paars voetje. Straatgras is te herkennen aan het dof en golvende blad; het lange en melkwitte tongetje; en de bloei die het hele jaar doorgaat (bloeiwijze: pluim). Is het aandeel van ruwbeemd en straatgras op het perceel meer of minder dan 25%?
- Pas een graslanddeterminatie toe. Dit kun je doen door een globale inschatting van het aandeel goede grassen te maken. Let op: het aandeel goede grassen valt in de praktijk vaak tegen. Goede grassen zijn bijvoorbeeld: Engels raaigras, timothee, festulolium, veldbeemd, Italiaans raaigras en beemdlangbloem. Slechte grassen zijn bijvoorbeeld ruwbeemd, straatgras, kweek, witbol en vossenstraat. Is het aandeel goede grassen <45%, 45%-75% of >75%?
- Kijk naar de afwatering op het perceel. Een slechte ontwatering kun je herkennen aan: plassen water op het perceel en/of een te trage afvoer van het regenwater (niet binnen 24 uur afgevoerd). Wanneer er een storende laag aanwezig is, kan deze opgespoord worden met een stevige pin met een scherpe punt. Duw deze in de grond, op het punt waar de weerstand groot wordt, zit de storende laag. Hoe is de afwatering?
- Hoe zit het met de pH-waarde? De gewenste pH-waarde voor de verschillende grondsoorten zijn: kleigrond: 5,8-6,0; zandgrond: 5,3-5,8; veengrond; 5,0-5,4. Bij een te lage pH-waarde verloopt de stikstofbinding minder goed. Tip: als er veel paardenbloemen op het perceel groeien, kan dit wijzen op een lage pH-waarde. Een bodemanalyse geeft een nauwkeurig inzicht in de pH-waarde op je perceel. Heeft je perceel de juiste pH-waarde?
- Wat is de bemestingswaarde? Mocht je een bodemanalyse hebben uitgevoerd, dan staat op het uitslagformulier bij het resultaat van de bodemanalyse of de grond voldoende goed is bemest. Je vindt daar of de uitslag binnen de gewenste waarden valt. Is de bemestingswaarde goed?
Wanneer je op minimaal vijf van deze vragen een ongunstig antwoord moet geven, is de kwaliteit van het grasland onvoldoende. Wanneer je drie tot vijf vragen ongunstig moet beantwoorden is de kwaliteit van je grasland matig, en dus niet optimaal. Wanneer je op 7 of meer vragen een gunstig antwoord kunt geven is je grasland in een goede conditie.
Grasland vernieuwen of doorzaaien?
Om deze vraag te beantwoorden, is het van belang om te weten wat de kwaliteit van het grasland is. Met behulp van bovenstaande vragen heb je de conditie van het grasland kunnen bepalen. Als de kwaliteit onvoldoende zijn, dan is er sprake van een slecht grasland. In dit geval heeft doorzaaien weinig kans op succes. Doodspuiten, scheuren en het perceel opnieuw inzaaien zou een goede optie kunnen zijn.
Is de kwaliteit van het perceel matig? Dan maakt doorzaaien een goede kans van slagen. De ruimte die ontstaat na de bestrijding van onkruiden en slechte grassen kan opgevuld worden door de goede grassen. Verkeerd het grasland in optimale conditie en is dus de kwaliteit goed? Dan kunt je wellicht nog een seizoen vooruit met het grasland. Alsnog is het wel aan te raden om jaarlijks met 10 kg/ha door te zaaien om de kwaliteit, productiviteit en levensduur van een grasland te verhogen. Vernieuwen kan de bodem verstoren en kan zorgen voor een verlies aan organische stof. Dit voorkom je door jaarlijks door te zaaien. Verder is het van belang om regelmatig deze bepaling uit te voeren. Zo blijf je op de hoogte van de kwaliteit van je grasland.
Wil je aan de slag met doorzaaien om de kwaliteit van je grasland te verbeteren? Lees dan ook Grasland doorzaaien doe je zo! of Graszaad voor doorzaaien: waarom een speciaal mengsel voor grasland doorzaaien?